Bijbel: Mattheüs 19, Markus 10 en Lukas 18
‘Als je je best maar doet, dan komt het allemaal wel goed. Zo slecht ben ik niet. Ik doe heel veel goede dingen. En ja, iedereen maakt wel eens een foutje, zo erg is dat toch ook weer niet?’ Dat zijn de woorden die we vaak gebruiken om anderen of onszelf gerust te stellen.
En wat doet hij met deze vraag? Hij gaat ermee naar Jezus. Jezus ontvangt hem en staat open voor zijn vraag. ‘Goede Meester!’ zo begint de rijke jongeman, ‘hoe goed moet ik leven, zodat ik eeuwig leven (een volmaakt gelukkig leven zonder einde) ontvang?’
Jezus kijkt hem aan, maar geeft niet direct antwoord. Eerst zegt Hij: ‘waarom noem je Mij goed? Niemand is goed, dan Eén, namelijk God. Maar om antwoord te geven op je vraag: als je eeuwig leven wilt ontvangen, wees dan gehoorzaam aan alle geboden van God.’
Hij wil weten welke geboden Jezus precies bedoelt. Jezus antwoord: je kent de geboden: ‘niet doden, geen overspel doen, niet stelen en geen leugens spreken. Uw ouders eren en uw naaste liefhebben als uzelf.’ Tevreden kijkt de rijke jongeman Jezus aan en zegt: ‘Al deze geboden heb ik van jongs af aan gedaan. Wat ontbreekt mij nog?’ Liefdevol en ontroerd kijkt Jezus terug. Hoe gaat Hij reageren? Geeft Hij de rijke jongeman nu een schouderklop en zegt Hij: ‘Met u gaat het goed komen?’ Nee, want Jezus weet dat Hij nog niet alle geboden genoemd heeft. En daarbij: Jezus kent het hart van deze jongeman, Hij weet wat zijn diepste drijfveren zijn en daarom vervolgt Hij: ‘Eén ding ontbreekt je nog. Als je echt volmaakt goed wil zijn. Ga dan heen, verkoop alles wat je hebt en deel de opbrengst onder de armen en je zal een schat hebben in de hemel. Kom daarna terug, neem je kruis op en Volg Mij.’
Zijn gezicht betrekt, want hij heeft heel veel bezittingen. En moet hij nu alles gaan verkopen en de opbrengst aan de armen geven en daarna Jezus volgen? Waar moet hij dan van leven? En wat zullen de mensen om hem heen dan wel niet zeggen? En als er dan onvoorziene omstandigheden komen, dan heeft hij niets om te betalen. Zijn geld is zijn leven, zijn houvast. Deze opdracht van Jezus gaat veel te ver. Dit wil hij niet. De rijke jongeman loopt diep verdrietig weg. Jezus draait zich om en kijkt Zijn volgelingen aan. Hij zegt: ‘Het is vast en zeker dat het voor iemand die vertrouwt op zijn bezittingen en het van zijn rijkdom verwacht, moeilijk is om het Koninkrijk van God in te gaan. Ja, het is zelfs voor een kameel makkelijker om door het oog van een naald te kruipen.’ De volgelingen van Jezus schrikken. Ze kennen hun eigen hart en leven. Ze weten zelf ook hoe ze aan de dingen van deze aarde vastzitten. Hoe graag ze rijk willen zijn. En hoe ingewikkeld het is om afhankelijk te leven en op God te vertrouwen. En daarom roepen ze tot Jezus: ‘Maar Wie kan dan zalig (echt gelukkig) worden?’
Hij antwoord: ‘Vanuit de mensen zelf is dat onmogelijk, maar niet vanuit God, want bij God zijn alle dingen mogelijk.’ Jezus laat de Deur zien waardoor het mogelijk is, Hij is de deur. God Zelf doet wat wij niet kunnen. Hij leert mensen weer op Hem te vertrouwen en het van Hem alleen te verwachten. Jezus zegt trouwens niet dat je niet rijk mag zijn. Maar Hij zegt dat geld en goed niet het belangrijkste in ons leven mogen zijn. Want God vraagt niet alleen om onze naaste lief te hebben als onszelf, maar ook dat we God liefhebben boven alles, dus ook boven ons geld en onze bezittingen. Dat was het probleem in het leven van deze rijke jongeman. Hij had zijn geld lief boven God en dus struikelde hij uiteindelijk in alle geboden van God. En daarbij komt dat liefde de samenvatting van de wet is. Dus gehoorzamen zonder liefde is hetzelfde als ongehoorzaam zijn. De rijke jongeman was zelfs in het liefhebben van zijn naaste niet op God, maar op zichzelf gericht. Hoe is dat in ons leven?
Hij reageert direct en zegt: ‘Kijk, wij hebben wel alles verlaten en zijn u gevolgd. Wat zal er van ons terecht komen?’ Nu gaat Jezus het verschil laten zien. Want Hij antwoord: ‘Jullie volgen Mij, omdat jullie ‘wil’ vernieuwd is door de wedergeboorte.’ Dat betekent: God heeft deze totaal andere, nieuwe manier van leven in jullie gewerkt. Door deze nieuwe geboorte leer je weer op God te vertrouwen, Hem lief te hebben en in afhankelijkheid van Hem te leven. Omdat God Zichzelf bekend maakt als de Oorsprong van het leven. Hij is het Begin en het Einde. De Eerste en de Laatste. (Openbaring 22 : 13) En omdat jullie om Mijnentwil echt alles verlaten hebben en Ik op de eerste plaats in jullie leven sta, daarom zullen jullie in dit leven honderdvoud terug krijgen en in de toekomst (na jullie dood) het eeuwige leven ontvangen. Want de wereld gaat voorbij, en haar begeerlijkheid; maar die de wil van God doet, blijft tot in eeuwigheid. (1 Johannes 2 : 17)
Deze website gebruikt cookies. Door gebruik te maken van deze website, geef je aan akkoord te zijn met het gebruik van cookies. Lees meer